Blog
Masterclass Portret tekenen

door Else Siemerink

 

Ze zat niet alleen in de jury van de Special Award 2015, maar is ook nog eens zelf succesvol beeldend kunstenaar. Tijdens de Special Award 2015 tentoonstelling in Museum Jan van der Togt verzorgt Rosemin Hendriks masterclasses portret tekenen, waarvoor ze kunstenaars met een handicap begeleidt in het tekenen van een zelfportret.

 

Zo volgden onlangs kunstenaars van Artiance, Centrum voor de kunsten uit Alkmaar, en Ateliers en galerie Leonardo da Vinci uit Ermelo een masterclass bij Hendriks. Deze kunstenaars worden in hun opleiding gestuurd naar zelfstandig kunstenaarschap en onderwezen in verschillende disciplines. Hendriks had dus een groep ervaren kunstenaars voor zich.

 

 

 

De masterclass begint met een introductie waarin Hendriks over zichzelf vertelt en over haar werkwijze. Dat het zelfportret bij Hendriks centraal staat is niet verrassend, dat is namelijk ook altijd het onderwerp van haar eigen kunst. Zij tekent vrijwel exclusief zichzelf. Al voordat ze met haar opleiding startte schilderde zij zelfportretten en haar leraren hebben wel eens geprobeerd haar een andere kant op te sturen: ze is altijd bij haar eigen portret gebleven.

 

Hendriks gaat te werk door foto’s van zichzelf te nemen en vervolgens borduurt ze voort op de vormen en figuren die ze op de foto ziet. En haar gezicht blijft voor Hendriks altijd een boeiend onderwerp omdat je gezicht altijd weer anders lijkt en je altijd weer andere dingen kan accentueren, zoals bepaalde lijnen of trekken overdrijven. Aan de hand van haar portretten zal je dan ook niet meteen denken dat je naar dezelfde vrouw kijkt. Ze laat in haar eigen kunst zien dat een gezicht vele kanten kan hebben.

 

 

 

En nu is het de beurt aan de deelnemers om dit te ervaren. Iedereen wordt gevraagd een portretfoto van zichzelf te maken om als basis voor de tekening te dienen. Deze mag groot worden, A3 formaat. Niet iedereen durfde het aan zichzelf zo groot in de schijnwerper te zetten, maar gaandeweg wenden ze meer aan het idee. Hendriks stimuleert de deelnemers om naar lijnen en vormen te zoeken die ze mooi vinden om voor hun schets te gebruiken.

 

Het materiaal waarmee de tekening vervolgens gemaakt mocht worden was houtskool, zwart potlood en conté. Daar werkt Hendriks zelf ook altijd mee. Conté kan je het beste niet meteen gebruiken omdat het tamelijk definitief op papier komt te staan. Hier kan je dus het beste mee wachten totdat de lijnen er goed op staan, geeft Hendriks aan. Ondertussen laat ze zien dat je met een gum, een keukenrol en een wattenstaafje bijzondere effecten kan bereiken.

 

Wat betreft de invulling van de tekening laat Hendriks zien dat je het beste heel basaal kan beginnen: met je ogen, mond en neus. Iedereen startte voorzichtig met de grote lijnen en ging daarna steeds specifieker en gedetailleerder werken. En verbazingwekkend zie je daarna op de vellen een gelijkenis ontstaan met hun gezicht. Door de voldoening die dit de deelnemers geeft, wordt het steeds rustiger en is iedereen met volle aandacht aan het werk.

 

Wat in de masterclass duidelijk naar voren kwam is dat iedereen, doordat er meerdere mensen zijn, goed om hulp kon vragen en er steeds aanwijzingen en tips werden gegeven. Bovendien hing er een intieme sfeer doordat je individueel maar ook samen bezig bent iets moois te creëren. Aan het eind is bijna iedereen dan ook trots op het resultaat en willen ze allemaal met hun eigen portret op de foto.